Het is maandag en de paus
doop zijn vlees in de saus
Hij roept al na een kauw:
Bah, dit eten is lauw.
Boos roept de paus naar de kok
en drumt daarbij hard op de pauk met een stok
hij geeft hem een snauw:
wat is dit flauw
ruim af en gauw
De kok pakt zijn schort, vuil en grauw
loopt de tuin in en ziet de pauw
Ha, roept hij, ik lust je rauw
en sluipt door het gras met dauw
Hij drijft het dier in het nauw
Maar die geeft een mep met zijn klauw
en de kok ziet bont en blauw